Het Ignatiaans opvoedingsproject voor de Vlaamse Jezuïetencolleges werd in 2015 hertaald in 10 bewegingen. De volledige brochure kan u hier terugvinden.
Om de capaciteiten, die het project rond de collegeboot in zich draagt, zo maximaal mogelijk tot ontplooiing te laten komen werden de 10 bewegingen geïntegreerd .
1. Vertrouwen geven. Inzetten op vrijheid en verantwoordelijkheid.
Het idee om op mankracht met een klasgroep op de Dender te varen in het kader van het leerplan is ongetwijfeld een uniek gegeven. Omwille van de veiligheid zijn daar vanzelfsprekend afspraken voor nodig. Het vertrouwen dat we de leerlingen geven om daar op een verantwoorde wijze mee om te gaan, is de uitwerking van de eerste beweging.
2. Zorg dragen voor leerlingen. ‘Cura personalis’.
Het leerplan LO van de derde graad voorziet de gelegenheid om vakoverschrijdende projecten aan te bieden aan de leerlingen. ‘Varen’ als bewegingsmiddel wordt in het leerplan als één van de voorbeelden voorgesteld. Door het ganse jaar te kunnen beschikken over een eigen roeiboot die plaats biedt voor een volledige klas, kan het vak LO het voortouw nemen om onderwerpen aan te bieden die in andere vakken aan bod komen. De ervaringsgerichte manier van leren die op deze wijze tot stand komt, zal bij heel wat leerlingen meer beklijvend zijn dan de theoretische aanpak in het klaslokaal. Deze aanpak leunt aan bij de tweede beweging van ons opvoedingsproject, de cura personalis.
3. Uitdagen tot meer. ‘Magis’.
De derde van de 10 bewegingen spoort ons, als opvoeders, aan om een breed scala van buiten-klassikale activiteiten aan te bieden aan onze leerlingen…
4. Smaak geven. ‘Non multa sed multum’.
Vertrekkend van het feit dat er reeds een collegeboot was van 1933 tot 1948 kunnen we niet spreken van een primeur om te beschikken over een roeiboot, maar moeten we het eerder een knipoog naar het verleden noemen. De enthousiaste verhalen van de oud-leerlingen die de collegeboot van 80 jaar geleden nog hebben meegemaakt, tonen ons dat het roeien met de boot wel degelijk een activiteit was om naar uit te kijken.
De twee proefvaarten die we organiseerden met de boot in Drongen om de vaarwaardigheid van de reddingssloep te testen (2013 en 2017) tonen aan dat er snel een toffe sfeer ontstaat. Het smaak geven of goesting doen krijgen maakt deel uit van de vierde beweging uit ons opvoedingsproject.
5. Reflecteren en kritisch kiezen. Onderscheiden
In een tijd waar onze leerlingen dagelijks geconfronteerd worden met stilstaand verkeer en alle gevolgen voor de economie en persoonlijk comfort, is de kennismaking met de waterwegen en de transportmogelijkheden als alternatief een duidelijke meerwaarde om dan figuurlijk bij stil te staan.
Deze insteek helpt de leerlingen op een ongedwongen manier bij de vijfde beweging.
6. De hele mens vormen. Bekwaam, bewust, bewogen.
De zesde beweging doelt op het vormen van de hele mens en niet enkel het verzorgen van de kennisopbouw. Op onregelmatige basis een roeitocht kunnen meemaken in collegeverband zal voor de leerlingen een extra dimensie zijn om dit te ervaren.
7. Samen werken, samen leven. Eenheid in verscheidenheid.
Het leren samenwerken, onderwerp van de zevende beweging, kan hier echt wel letterlijk genomen worden. Alleen kan je met deze roeiboot niets aanvangen. De collegeboot vraagt minimum 5 personen om de boot in beweging te zetten (4 riemen en het roer). Aangezien het een ruime roeiboot betreft, is het nodig om in wisselploegen te voorzien teneinde een ernstige afstand te kunnen afleggen.
8. Perspectieven openen. God zoeken in alle dingen.
Het contrast om vanuit het stadscentrum zo snel, al roeiend, in de pure natuur terecht te komen is een ervaring die ons de schepping beter kan leren beseffen. De verantwoordelijkheid die we van de Schepper hebben gekregen om zijn werk te mogen cultiveren, maakt dat leerlingen de kans krijgen om achter het zichtbare, het onzichtbare te ontdekken. De achtste beweging wordt hierdoor aangereikt.
9. Zorg dragen voor de wereld. En todo amar y servir.
En dan komen we terecht bij de negende beweging. Dit zou ons paradepaardje moeten worden. In deze Ignatiaanse beweging wordt de zorg voor het milieu centraal gesteld. Het idee is ontstaan om een eenvoudige milieucode te verbinden aan de collegeboot. Elke opvarende zal volgens deze code verplicht worden om op actieve wijze het zwerfvuil op de Dender op te ruimen. Daarom zal aan boord verplicht een visnet en bijhorende vuilnisemmer aanwezig zijn. De leerlingen, collega’s en bij uitbreiding oud-leerlingen en particuliere gebruikers zullen zich moeten verbinden aan deze code willen ze aan boord gaan om een roeitocht aan te vatten.
De klimaatneutrale manier om op de Dender deze activiteit aan te bieden aan onze leerlingen, spreekt voor zich.
10. Handelen in dankbaarheid. Terugblik.
De tiende beweging leert ons dankbaar zijn. Het feit dat we de roeiboot uit Drongen geschonken kregen en dus niet moeten voorzien in een aankoop, heeft ervoor gezorgd dat dit project realistisch werd. Om onze dankbaarheid uit te drukken, zullen we de verantwoordelijken van de Oude Abdij in Drongen betrekken bij de inzegening na de restauratie.
Ook E.P. Louis Thienpont s.j., zaliger gedachtenis, zullen we in herinnering brengen bij de ingebruikname. Uiteindelijk is hij het die, op dat moment 85 jaar geleden, de aanleiding is geweest van dit project.
Tenslotte willen we dankbaar zijn voor de droom die realiteit mocht worden om deze unieke meerwaarde tot stand te brengen.